De Collectie Tibet wordt geopend met de volgende drie softcoveralbums in kleur, verkrijgbaar als pakket. Voor deze uitgaven baseerde BD Must zich op originelen uit Tibets archief en reproducties uit het weekblad Kuifje. De beide albums van De Hertenpatrouille zijn speciaal voor deze uitgave ingekleurd.
De Hertenpatrouille 1: 1952 (40 pagina's, liggend formaat 24 x 8,5 cm)
De Hertenpatrouille 2: 1953 (44 pagina's, liggend formaat 24 x 8,5 cm)
1951-1956: de korte verhalen Bolleke, De Familie Pimpernolle, Hokus Pokus en Yoyo (24 pagina's, staand formaat 21 x 30 cm)
Oplage: 300 exemplaren.
Tibet had drie idolen: Gary Cooper, Laurel en Hardy. Uit deze ongewone combinatie vloeiden via zijn potlood cowboy Chick Bill, de sluwe en ondeugende indiaan Kleine Poedel, de opvliegende sheriff van Wood City Dog Bull en zijn adjudant Kid Ordinn wiens "Kidordinneries" zo bekend raakten dat het woord in het woordenboek verdient opgenomen te worden. Sinds 1953 vertelde Tibet, die sneller tekende dan zijn schaduw, hun avonturen in zeventig albums. De in Marseille geboren Brusselaar gaf hierin zijn persoonlijke visie op de Far West.
Bevat de volgende verhalen: De Neptunus Is Verdwenen, Montana Kid, De Laatste van de Bulls, Rattenvergif en De Honderd Dubbelgangers. Deze integrale reeks presenteert deel na deel alle verhalen met onuitgegeven artikels, illustraties en foto's als extraatjes.
Tibet had drie idolen: Gary Cooper, Laurel en Hardy. Uit deze ongewone combinatie vloeiden via zijn potlood cowboy Chick Bill, de sluwe en ondeugende indiaan Kleine Poedel, de opvliegende sheriff van Wood City Dog Bull en zijn adjudant Kid Ordinn wiens "Kidordinneries" zo bekend raakten dat het woord in het woordenboek verdient opgenomen te worden. Sinds 1953 vertelde Tibet, die sneller tekende dan zijn schaduw, hun avonturen in zeventig albums. De in Marseille geboren Brusselaar gaf hierin zijn persoonlijke visie op de Far West.
Bevat de volgende verhalen: De blauwe terreur, De Rivalen, Het kruitvat, De Patratomak beeft en De getuige van Rio Grande. Deze integrale reeks presenteert deel na deel alle verhalen met onuitgegeven artikels, illustraties en foto's als extraatjes. Dit keer met o.a. anekdotes op over Edgar Pierre Jacobs en André Franquin.