Vervolg van de trilogie over de oud-Griekse held Herakles. In dit album begint hij aan zijn befaamde Twaalf Werken.
Herakles is een held geworden, en begint aan de Twaalf Werken, in opdracht van Eurystheus, de koning van Mykenai.
Voor zijn eerste werk moet hij de verschrikkelijke leeuw van Nemeus verslaan, maar geen enkel wapen kan diens vel doorboren. Dan is de hydra van Lerna aan de beurt met haar vele koppen en haar giftige adem.
Deze twee werken zijn maar een voorsmaakje van de uitdagingen die Herakles te wachten staan en waarvoor hij diep zal moeten tasten in zijn krachtenarsenaal, maar evengoed gebruik zal moeten maken van zijn sluwheid, maar dat is het lot van een uitverkorene van Zeus. Dat is het lot van de man die de chaos moet bestrijden.
Door Kerberos te vangen, voltooit Herakles het twaalfde en laatste van zijn werken. Samen met de driekoppige hond brengt hij ook zijn neef Theseus mee uit de onderwereld. Hij heeft hem beloofd dat hij, Herakles, behoeder van Kalydon zal worden. Daarvoor moet hij trouwen met een van de zussen van Meleagros, de overleden zoon van de koning van de versterkte stad. Wanneer hij in de stad aankomt, verneemt hij van koning Oineus dat hij hem de hand zijn dochter, Deianeira, pas schenkt als Herakles de rivier-god, Acheloos, heeft verslagen.
Wanneer hij het monster heeft geveld, mag Herakles aan de zijde leven van een vrouw, van wie hij – tot zijn verrassing – gaat houden. Maar zonder dat hij het beseft, nadert vanaf dat moment de dood met rasse schreden, want hij moet het opnemen tegen de lastigste vijand ooit: de verveling...
Derde, afsluitende deel.
We gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze website zo soepel mogelijk draait. Als je doorgaat met het gebruiken van de website, gaan we er vanuit dat ermee instemt.Ok