Een viking kan niet leven in een wereld waar de moordenaars van zijn familie rondlopen. Het offer van Nessa is niet voor niets geweest. De clans die Björn de Verbrande volgden, hebben zich achter Ulf Keludar geschaard en Islandia is dus verenigd. Maar de queeste van Elrik begint nog maar net… Hij heeft zijn geheugen weer terug en besluit naar het vasteland te trekken om zich te wreken op degenen die hem alles ontnamen: Hakoo, de koning van Noorwegen, en Ygrid, zijn priesteres, die van Elrik een berserker maakte. Hoewel een onsterfelijk leger met Loki als aanvoerder hem bedreigt, gaat Elrik zijn lot niet uit de weg. Volgens Ygrid is de profetie duidelijk: binnenkort zullen ze alle drie verenigd zijn. De gevolgen zijn niet te voorspellen…
1851, Maximilien is niet ten prooi gevallen aan de goudkoorts, maar aan een andere, net zo gevaarlijke: de koorts om wraak te nemen...
Derde, afsluitende deel.
De Schurk is een orklin, een bastaardwezen, halfork, halfgoblin. Hij is een moordenaar en een weergaloze dief, een van de beste huurlingen van de Grijze compagnie.
Helaas voor hem, is hij het slachtoffer van een hinderlijke vloek: brute pech. De Schurk trekt tegenslag aan als geen ander.
Niet verwonderlijk dat hij wakker wordt in een stad vol kadavers, de lijken van zijn wapenbroeders, die nochtans enkel een eenvoudige escortemissie uitvoerden. Iemand moet boeten voor deze slachting!
De orklin heeft niet alleen pech, maar ook een rotkarakter.