Hij heeft een job die best wel oké is. Na 21 jaar is hij nog altijd redelijk gelukkig getrouwd en zijn kinderenhouden eigenlijk wel van hem. Hij leidt het leven dat miljoenen anderen leiden, een leven dat even opwindend is als de muziek in een lift... Hij leeft niet echt, hij wordt geleefd.
Niets kan hem nog echt in verrukking brengen en dus denkt hij na. Over de dood- vooral over de dood - over het holle bestaan van de mensen, goede noch slechte, die zijn leven delen. Hij is een man die leeft in de 21ste eeuw en hij geeft zichzelf nog een maand de tijd om eens te kijken wat die eeuwen dat leven nog te bieden hebben...
Deze drie albums zijn gelimiteerd tot 300 genummerde exemplaren, softcover, gedrukt in kleur (behalve "De Tijdmachine van Carolus Clem").
Bevat:
Barelli gevangene van Boogie-Woogie + Bary Lelli op Nuda Penisa (parodie van Bob De Moor, 32 pagina's in kleur)
Willem de Vrijbuiter (van het weekblad 't Kapoentje 1947-1948, 48 pagina's in kleur)
De Tijdmachine van Carolus Clem (van het weekblad 't Kapoentje 1949-1950, 16 pagina's in zwart-wit)
Als Blake Mortimer niet ziet op de luchthaven van Tokio, wordt hij ongerust. En terecht: zijn vriend wordt gevangengehouden in het huis van prof. Sato, de uitvinder van een vliegende androïde die eindeloos kan worden vermenigvuldigd via elektronische parthenogenese. Sato’s trouweloze assistent heeft op verzoek van Olrik echter een robot ontworpen naar Mortimers evenbeeld. Niet om daarmee de bank op te lichten, maar om zich voorgoed van Blake te kunnen ontdoen. Er gaat echter iets mis: er rollen massa’s afwijkende Mortimers van de band, klaar om aan te vallen... Voor Blake heeft het gevaar de gedaante van iemand die hij meer dan wie ook vertrouwt!