CAFÉ KIN' LA BELLE biedt een vast gezelschap stamgasten zijn heil. Oud-pater Mutien, die tegenwoordig een wasserette bestuurt, haalt er samen met Papa the Boss herinneringen op aan zijn jonge jaren, toen hij missionaris in Kongo was. Zijn verhalen maken diepe indruk op Vincent, alias de kunst- student, die de grijze hemel boven het vlakke land verafschuwt en wanhopig op zoek is naar kleur. Zelfs de Iiefde en de vriendschap van Marie-Constance, het levenslustige zusje van Papa the Boss, kunnen hem niet opbeuren. Langzaam maar zeker begint zich een drama af te tekenen.
Om Winston, zijn regimentskameraad, te helpen zijn nicht te vinden die in Louisiana is verdwenen, moet Josuah Flanagan in de huid moeten kruipen van een rijke blanke man van wie Winston de chauffeur is, want midden jaren 1950 is het Zuiden nog steeds een regio van tradities..., er is nog geen sprake van de cajunkeuken.
De twee voormalige soldaten zullen de smerigheid die verscholen ligt in de modder van de bayou moeten oprakelen en acties die niet altijd even positief zijn moeten ondernemen om niet tussen de tanden van de alligators te belanden.
Op de 22e verdieping van het Rockfeller Building hoort een huisschilder twee in het zwartgeklede mannen brand stichten. Wanneer hij beseft dat zij onder één hoedje spelen met de bewakers en dat de politie niet zal komen, vlucht hij. Hij verbergt zich bij zijn ex-schoonzus Mary, de eigenares van Joshuah Flanagans bar. De veteraan raakt daardoor verwikkeld in familieproblemen. Maar niet alleen die van Mary en die van zichzelf... maar ook die van de Cosa Nostra en de Franse Connexion!